Skip to content

Schouderklachten en de wervelkolom

De schouder bestaat uit de kop van de bovenarm en het schouderblad. In dit schouderblad zit het kommetje. Dit kommetje is erg klein, wat ervoor zorgt dat de bovenarm een zeer grote bewegingsvrijheid heeft. Je hand kan dan bijna overal naar toegebracht worden om dingen te pakken, weg te slaan, etc. Het eerste gedeelte van het omhoog brengen van de arm is een beweging van de kop t.o.v. de kom. Als de arm ongeveer ronde de 90 graden staat (haaks op de romp) gaat het schouderblad meebewegen. De spieren die van de wervelkolom (nek en bovenrug) naar het schouderblad lopen zorgen ervoor dat het schouderblad naar buiten draait, zodat de arm nog hoger opgetild kan worden. De laatste 10 tot 20 graden van deze beweging komen uit het meedraaien van de wervels van nek en bovenrug zelf.

Als er stugheid is van de genoemde wervels geeft dat een remming van de laatste paar graden van het naar boven brengen van de arm. De arm komt dan dus niet zo hoog. Daarnaast kan stugheid van de wervels ervoor zorgen dat de schouderblad spieren niet naar behoren hun werk kunnen doen. De armbewegingen zijn ook hierdoor geremd en vaak ook minder krachtig.

Met manuele therapie kunnen de wervels losgemaakt worden. Overigens is dit niet alleen mogelijk door te ‘kraken’, met rustige mobilisaties komen de wervels ook vaak los. Voor het optrainen van de spieren van de schouderspieren kunt u de juiste oefeningen krijgen. U kunt behandeld worden in Veghel door Lieke of in Mariaheide door Mark of Jason. FysiekFit is aangesloten bij het Schoudernetwerk Noord-Brabant (http://www.schouderfysiotherapie.nl/).

schoudergordel